Prinsjesdag update

Prinsjesdag update

Traditiegetrouw leest de koning elk jaar op de derde dinsdag in september de troonrede voor. In de troonrede worden de belangrijkste plannen van de regering voor het komende jaar geïntroduceerd. Hierna wordt het koffertje overhandigd aan de Tweede Kamer. Hierin zitten de Rijksbegroting en de Miljoenennota. Wat gaat er mogelijk voor jou als werkgever veranderen op de arbeidsmarkt? De belangrijkste aankomende veranderingen lees je in dit blog.

De miljoenennota heeft de naam solide begroten voor welvaart en stabiliteit gekregen. Voorop staat dat het kabinet de bestaanszekerheid wil vergroten. Ook wil het dat meer mensen meedoen op de arbeidsmarkt.

 

Veranderingen in de lonen

Er wordt gesproken over een beperkte stijging in het minimumloon van 5,4% in 2025. Er zou geen sprake zijn van een extra stijgingen, behoudens de inflatiecorrectie. Dit is echter nog niet volledig bekend. Definitieve cijfers zullen later dit jaar bekend worden.

Over de breedte stijgen veel percentages van de sociale premies. De volgende cijfers zijn echter voorgenomen en dus nog niet definitief:

  • Premie AOW en ANW blijven gelijk;
  • Awf stijgt met 0,1% om WW-kosten te dekken;
  • Whk stijgt van 1,22% naar 1,25%
  • Aof stijgt met 0,1% tot 0,2%

Ook hier verwachten wij meer duidelijkheid later in het jaar.

 

Pensioenwet transitie wordt voortgezet.

Bestaanszekerheid houdt in dat iedereen in zijn of haar levensonderhoud moet kunnen voorzien van het pensioen. In de komende jaren zullen pensioenuitvoerders en sociale partners overstappen naar nieuwe pensioenregelingen. Het kabinet zal deze overgang nauwlettend in de gaten houden en ervoor zorgen dat de transitie zorgvuldig verloopt, zodat deelnemers en gepensioneerden eerder kunnen profiteren van pensioenverhogingen, met aandacht voor de uitvoerbaarheid voor pensioenuitvoerders. Door middel van monitoring, onafhankelijke adviezen van de regeringscommissaris, de uitkomsten van het debat in de Tweede Kamer en de eigen signalen van de regering, moet het mogelijk zijn om eventuele knelpunten tijdig te signaleren en op te lossen.

 

Arbeidsmigratie

De regels rondom arbeidsmigratie worden aangescherpt. Het nieuwe kabinet wil zich vooral richten op het bestrijden van de uitbuiting van arbeidsmigranten. Er wordt onderzocht of deze uitbuiting strafbaar kan worden gesteld en of een verbod op uitzenden in risicovolle sectoren mogelijk is.

Arbeidsmigranten van buiten de EU moeten een tewerkstellingsvergunning hebben, wat nu al het geval is, maar de handhaving zal strenger worden. Kennismigranten vallen hierbuiten.

Daarnaast wil het kabinet het gemakkelijker maken om arbeidsmigranten op het terrein van de werkgever te huisvesten. In dat geval is de werkgever verantwoordelijk voor eventuele overlast veroorzaakt door de medewerkers, mits zij niet in reguliere huisvesting verblijven. Bij een langer verblijf in Nederland wordt de werkgever ook verplicht om een taalcursus aan te bieden, ter bevordering van de integratie.

Het kabinet wil op het langere termijn onderzoeken of kennismigrantenregeling kan worden aangescherpt en/of verder worden verhoogd.

 

Vereenvoudigen verlofregeling

Het kabinet wil het huidige betaalde verlof versimpelen. Er is nog geen concreet plan hiervoor opgemaakt, maar de bedoeling is dat deze hervorming wettelijk verlof door het huidige kabinet wordt voortgezet. Zo hebben ze het verzoek bij de SER neergelegd om advies te geven over een toekomstbestendige combinatie van werk en zorg.

 

Hervorming arbeidsmarkt

Er is een pakket wetwijzigingen voorgesteld door het Kabinet om deze hervorming van de arbeidsmarkt waar te maken.

 

Zekerheid over werk: wetsvoorstel zekerheid flexwerkers

Het kabinet wil meer ‘werkzekerheid’ creëren. Daarvoor gaat het kabinet verder met het hervormen van de arbeidsmarkt. Er komt een wetsvoorstel dat meer werkzekerheid biedt aan flexwerkers. Dit wetsvoorstel vervangt nulurencontracten door een ‘basiscontract’ met meer rooster- en inkomenszekerheid. De ingangsdatum van de wetwijziging is nog niet bekend, maar de volgende veranderingen komen naar voren:

  • Ketenregeling: De doorbrekingstermijn van 6 maanden vervalt en wordt vervangen door een administratieve vervaltermijn van 5 jaar. Het kabinet wil ook de mogelijkheid om af te wijken van de ketenregeling in cao’s schrappen.
  • Ragetlie-regeling: De periode waarin iemand geen tijdelijk contract kan krijgen na een vast contract wordt verlengd van 6 maanden naar 5 jaar.
  • Seizoenswerk: De tussenpoos in de ketenregeling blijft 3 maanden voor seizoensgebonden werk.
  • Basiscontract: Oproepcontracten verdwijnen, behalve voor scholieren en studenten. Flexwerkers krijgen een minimaal aantal uren per kwartaal, met een maximum van 130% van dit aantal.

 

Concurrentiebeding

Het doel van een concurrentiebeding is het beschermen van bedrijfsbelangen. Volgens het kabinet wordt dit beding nu echter vaak standaard gebruikt, waardoor veel werknemers zonder goede reden beperkt worden in hun loopbaankeuze binnen dezelfde branche. Dit moet volgens het kabinet veranderen.

De voorgestelde wijzigingen zijn als volgt:

  • Het concurrentiebeding mag maximaal 12 maanden geldig zijn. Is een langere duur of geen einddatum afgesproken? Dan is het beding ongeldig.
  • Het concurrentiebeding moet geografisch specifiek zijn, met een duidelijke uitleg waarom die afbakening nodig is.
  • Er moet een schriftelijke motivering zijn van het zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelang, toegespitst op de specifieke werknemer en zijn/haar functie. Een algemene uitleg die voor alle werknemers geldt, is niet voldoende.

Als je als werkgever het concurrentiebeding wilt handhaven, moet je de werknemer schriftelijk op de hoogte stellen en een vergoeding van 50% van het laatstverdiende maandsalaris betalen voor elke maand dat het beding geldt. Deze vergoeding moet volledig betaald worden op de laatste dag van het dienstverband. Als je bijvoorbeeld 12 maanden aanspraak maakt op het concurrentiebeding, moet je 12 keer 50% van het maandsalaris betalen. Betaal je niet op tijd, dan vervalt het beding. Het beding is altijd nietig bij een salaris hoger dan 1.5x modaal inkomen. Dat komt neer op ongeveer 66.00 bruto per jaar.

Hoewel het concurrentiebeding in het contract staat, hoef je er als werkgever niet altijd op terug te vallen. Wel moet je uiterlijk één maand voor het einde van het dienstverband aangeven of je het inroept. Er zijn enkele uitzonderingen:

  • De werkgever die het dienstverband beëindigt (behalve bij ontslag op staande voet) moet uiterlijk op de dag van opzegging een beroep doen op het concurrentiebeding. Dit kan dus eerder zijn dan één maand voor het einde van de arbeidsovereenkomst.
  • Als de werknemer zelf ontslag neemt of als de werkgever ontslag op staande voet geeft, heeft de werkgever twee weken na de opzegdatum om zich op het beding te beroepen.
  • Wanneer de arbeidsovereenkomst door de kantonrechter wordt ontbonden, moet de werkgever binnen twee weken na de uitspraak een beroep doen op het concurrentiebeding.

Het is nog onduidelijk wanneer deze wetswijziging in werking treedt.

 

Wet basisverzekering arbeidsongeschiktheid zelfstandigen (BAZ)

Het kabinet wil dat zelfstandigen verplicht een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten. Het wetsvoorstel introduceert deze verplichting, waarbij zelfstandigen kunnen kiezen tussen een publieke verzekering of een particuliere verzekering die aan specifieke voorwaarden voldoet. Dit zorgt ervoor dat zelfstandigen bij arbeidsongeschiktheid verzekerd zijn van een inkomen. De verplichte verzekering verkleint het verschil tussen werknemers en zelfstandigen en bevordert gelijkheid binnen de groep zelfstandigen zelf. Het wetsvoorstel is eerder ter internetconsultatie aangeboden, maar het is nog niet duidelijk of de wet zal worden ingevoerd.

 

Wetvoorstel personeelsbehoud bij crisis (Wpc)

Het kabinet wil voorkomen dat werknemers hun baan verliezen en werkgevers in de problemen komen door crisissituaties zoals oorlogen, pandemieën of overstromingen. Deze onvoorziene situaties vallen buiten het normale ondernemersrisico en kunnen tijdelijk leiden tot minder werk. Als het wetsvoorstel wordt ingevoerd, kunnen bedrijven gebruikmaken van maatregelen uit de Wet aanpak crisisbanen (Wpc). Bij een crisissituatie waarbij over een periode van 2 maanden gemiddeld minstens 20% minder werk is, kunnen bedrijven voor maximaal 6 maanden aanspraak maken op deze regelingen. Denk hierbij aan herplaatsing, loonsubsidie bij verminderde loondoorbetaling of een combinatie hiervan. Dit wetsvoorstel is recent ter internetconsultatie aangeboden, en heeft nog geen definitieve ingangsdatum.

 

Toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (Wtta)

Dit wetsvoorstel introduceert een toelatingssysteem voor uitzendbureaus en andere bedrijven die arbeidskrachten uitlenen. Alleen uitleners die zijn toegelaten tot dit systeem (of een ontheffing hebben) mogen personeel aanbieden. Bedrijven mogen vervolgens alleen uitzendkrachten inhuren via deze toegelaten of ontheven uitleners. De invoering van deze wetswijziging is meerdere keren uitgesteld, en er is momenteel nog geen definitieve ingangsdatum bekend.

 

Werken met zzp’ers

Het kabinet wil het onderscheid tussen werknemers en zelfstandigen (zzp’ers) verduidelijken. De overheid streeft hiermee naar een meer gelijke behandeling van arbeidsvoorwaarden. Een belangrijke verandering om de gelijkheid tussen zzp’ers en werknemers per 1 januari 2025 is het opheffen van de handhavingsmoratorium belastingdienst. Wil je hier meer over weten? Lees het in dit blog.

Veel van de genoemde wijzigingen hebben nog onduidelijkheden over de ingangsdatum en de exacte implementatie. Natuurlijk houdt PersonPlus jou goed op de hoogte. Heb je over bovenstaande zelf al vragen? Stel ze gerust aan onze HR-afdeling door een mail te sturen naar HR@personplus.nl of neem telefonisch contact op via 0113405680.

PersonPlus spant zich in om de inhoud van haar blogs zo actueel mogelijk te houden. Ondanks deze zorg en aandacht is het mogelijk dat de inhoud onvolledig, verouderd en/​of onjuist is. Er kunnen geen rechten aan de door PersonPlus verstrekte informatie worden ontleend. PersonPlus is niet aansprakelijk voor schade welke kan ontstaan als gevolg van onjuiste of incomplete informatie op de website.